Drie dagen over de Eisleck Trail

"Pijn is soms fijn."

 

Twee jaar geleden had ik het al eens gepresteerd, samen met Hiking Advisor lid Toon.
In juli begeleid ik voor Hiking Advisor een driedaagse tussen kautenbach en Houffalize.
Ik zou me toch voornemen om traject opnieuw te verkennen.
Vooral om de route te overlopen.
Mijn vermogen om "fout te lopen" is legendarisch.
Zijn de markeringen nog redelijk?
Wat zijn onderweg de opties voor een "cowboykamp"?
Waar kunnen we water inslaan?
Ik had in het begin van de week drie dagen vrij.
De dagen verlengen nog steeds en momenteel is er minstens 16u aan daglicht.
Met die wetenschap nam ik mij voor om de drie dagen te spenderen aan het traject
kautenbach-La Roche. Goed voor 104 km en veel hoogtemeters.
Twee vliegen in een klap.
Een voorbereiding voor juli en tegelijk een test voor een soort "speed hiking".
(waar ik van denk dat er nog meer mensen voor te vinden zijn)
Niet rennen, dat kan dit heerschap niet meer. Maar met stevige tred lang doorgaan.
Hoe beter de conditie hoe meer er nog kan genoten worden van de scene waarin je loopt.
In het andere geval is het pijn lijden en doorzetten.
Maar het is meestal zo dat waar de belevingen het intenst waren, de herinnering het duurzaamst zal zijn.
Dan spreek ik niet over trauma's.
Want die blijven op een andere manier de geest bezig houden.



Dag één

Ik pak de vroegste bus in Sint Antonius Zoersel richting Antwerpen.
Het is 4.45u.
Het verleden heeft geleerd dat ik best wat marge inbouw om via verschillende overstappen op tijd  in Kautenbach te geraken.
Het is maandag 10u wanneer ik uit de trein stap.
Ik vul bij de WC van het station  mijn watervoorraad aan tot 5 liter en ga op stap.
Het eten is sober. Ontbijtgranen in de ochtend, door de dag een noten mix met gedroogd fruit voor de snelle suikers en een pakje buitensportvoeding voor het slapen gaan.
Ik krijg vanaf het begin een helling voorgeschoteld die de maat is voor nog wat meer klimmen gedurende de rest van de dag.
Ik word overvallen door een gevoel van verlatenheid. Ik herken de depressie van vroegere ervaringen wanneer ik er alleen voor stond en ik tegen de grens aan ga zitten.
De komende dagen zal ik vooral met mezelf  overweg  moeten.
Het blijft op en af gaan over de hellingen gevormd door de Klierf die zich diep in  het landschap heeft ingenesteld.

Bij Lellingen heb ik wat extra aandacht voor de suggestie op http://www.trekkings.be/ die aangeeft dat je daar goed kunt bivakkeren.
Het is daar na een korte 'graatwandeling' inderdaad een goede hoek met enig uitzicht wanneer het lichaam al nood aan rust heeft. In Lellingen zal evt wel iemand te vinden zijn die de drinkbussen bijvult.
Ik zal nog meer van die graten tegen komen.
Richels met links en rechts de diepte zonder enige moeilijkheid.
De camping bij Wilwerwiltz ziet er sober uit.
Ik bezoek ze niet maar mij vallen de caravans op die het terrein bezetten wanneer ik er langs boven passeer.
De camping van Enscherange ligt er minder ingesloten bij en lijkt ruimtelijker.
Bij het hoogste punt, net voor de afdaling stuit ik op een mooie bivakweide.
Herinner me weinig van vorige keer maar dat verandert wanneer ik in de afdaling bij het kerkhof van Drauffelt kom en opnieuw mijn watervoorraad aanvul aan een kraantje.
Het zegt met een pictogram erbij dat dit geen drinkwater is. Ik negeer de boodschap en gebruikt het verder ongefilterd.
Na Drauffelt gaat het terug omhoog en het gemengd bos biedt tal van mogelijkheden om een bivak te maken. Zeker onder beukenbomen is er weinig tot geen ondergroei en lig je op een zacht bedje van afgevallen bladeren.
Ik geniet wanneer ik in de buurt van Munshausen door het valleitje van de Irbich loop. Het gaat richting 16u wanneer de abdij van Clervaux in zicht komt.
Ik besluit om voor vandaag een eind aan mijn dag te breien.
Het alternatief om door te lopen lijkt mij niets omdat de route lange tijd eerder laag in de vallei blijft en daar de hoogtelijnen relatief dicht op elkaar blijven.
Dat haal ik morgen wel weer in.

Hier heb ik, achter een bultje ruimte zat voor een verborgen bivak.
Ik leen voor een avond de stoel die ik aantref in een boomhut/schiettent.
De melancholische bui van deze ochtend heeft zich niet doorgezet vanaf het moment dat ik de focus kon houden.

Dag twee:

Om 6u ben ik alweer onderweg. Wijk even af van de route en vul mijn watervoorraad terug bij aan de WC van het station in Clervaux.
Het gaat minder gemakkelijk dan in Kautenbach en moet mijn kookpotje gebruiken voor het vullen van de flessen omdat het kraantje te dicht boven een veel te kleine wasbak hangt.
De verborgen herdenkingsplek en grafzerken van zes soldaten  in het bos boven Maulusmillen doet me even stilstaan bij de waanzin van de oorlog.
De geplooide propellers vertellen iets over de kracht toen het toestel de grond raakte. Nu heerst er stilte in het bos.
Ik mis een paadje en moet op mijn stappen terug keren wanneer de markeringen langs de weg lijken opgedroogd.
Voor Troisvierges kom ik in open landschap.
Vanaf de oostflank van de Woltz kijk ik uit over het grensgebied waar windmolens de wind vangen en omzetten in stroom. De velden kleuren geel van het bloeiende koolzaad.

Aan de overkant zie ik Sassel. Het is verleidelijk om een doorsteek te maken en de grote lus kort te sluiten die de route hier maakt. Ik doe het niet en loop door tot Troisvierges.
Loop langs de camping met zwembad. Troisvierges lijkt afgaand op het slenterend, wat ouder publiek een populaire bestemming.
Ik speur wanneer ik ,buiten Troisvierges, doorloop richting Sassel naar de mogelijkheden voor een bivak.
Ik zie er enkelen met potentieel, zonder dat je gestoord zou kunnen worden.

Sassel wordt dan een goede plek om de volgende ochtend aan te bellen voor een verse portie water.
Ik nestel me in de vallei die de Trëtterbaach heeft gevormd.
Een vriendelijke omgeving van glooiende gras en akkervelden. Koeien die mij zitten aan te staren wanneer ik voorbij kom.

De molen van Aasselburermillen is een goede plek voor een pauze wanneer je nood hebt aan een consummatie en de plaatselijke horeca zou willen steunen.
Thema borden vertellen het verhaal van de postweg , de route die nu 500 jaar geleden werd gevolgd om de post door Europa te vervoeren.
Voor Hoffelt hebben ze het dan weer over een plaatselijke beverkolonie die hier zijn gangen kan gaan om dan bij Hoffelt geïnformeerd te worden over het project van Willem één die het ambitieuze plan had om een kanaal te maken die de Maas met de Rijn zou verbinden, dwars door de waterscheiding van deze twee stroomgebieden.
Het project is nooit afgemaakt maar de graafwerken hebben duidelijk hun sporen achter gelaten in het landschap. Best indrukwekkend.

Zo werk ik mij langzaam richting grens. Ik verlaat voor even de vaste route omdat ze, afgaand op http://blog.escapardenne.eu/
veranderingswerken aan het doen zijn bij het bernistap natuurgebied.
De gemetste ingang van de tunnel heb ik dus niet gezien.
Bij het sfeervol dorp Tavigny ga ik op zoek naar water.
Zoals op veel plaatsen lijkt het alsof het dorp is verlaten. Eenmaal buiten het dorp in NO richting zie ik een buitenkraantje en zonder het te vragen vul ik opnieuw al mijn flessen bij.
Ik vink dit dorp aan om voor de juli tocht onder Hiking advisor vlag hier een auto achter te laten en hem te gebruiken om de auto's op te halen.
Het spaart geld door vanaf Troisvierges de trein te nemen ipv een treinrit vanaf Gouvy tot de startplek.
Ik hou er stevig de pas in, kom voorbij de bivakzone Blancs bois .
Spijtig van het bouwsel, de vuurkorf en BBQ mogelijkheid die deze plek heeft.
Het geeft een rommelig geheel (terwijl net daarvoor weer zo'n mooi beukenbos is waar het, zo lijkt het, het er veel prettiger overnachten is.
75 minuten na mijn vertrek uit Tavigny loop ik Houffalize binnen.
Het gaat inmiddels richting 17u en besluit een langere pauze te nemen en kook hier mijn avondeten. Terug wat energie opdoen om daarna nog even verder te gaan.
Ik moet morgen de bus van 14.45u halen om in Antwerpen op een afspraak van 18.30u te zijn.
Luidsprekergeluid om de mensen aan te sporen  naar het circus te komen kijken dat hier deze dagen zijn tent heeft opgeslagen.
Heel discreet zie ik een vrouw de affiches deels overplakken.
Wanneer ik mijn weg verder zet lees ik haar protest voor het gebruiken van dieren voor circustoestanden.
Eenmaal onder de brug van de autoweg voorbij ga ik rechtstreeks naar Bonnerue om ergens tussen dit en Engreux mijn tent op te zetten. Ik speel zo toch een beetje vals maar ik wilde morgen de andere bivakzone bij Engreux gaan bezoeken en er tegelijk terug water in te slaan.
Dat zou niet lukken als ik het pad zou blijven volgen. Zo ervaar ik meer dan eens dat het Eisleck pad heel goed doordacht is. Wat een verschil met de gr 57 waar ik nu over loop.
Het is rond 18.30 u wanneer ik mij neer kan leggen.
Bijna 13u onderweg geweest om redelijk op schema te blijven. Slechts een kleine blaar die ik onderweg met wat tape heb gestabiliseerd.

Dag drie:

Om 5.30u ben ik alweer onderweg en volg nog even over asfalt de gr 57 markeringen.

Vul mijn flessen bij een bronnetje in het dorp.
De kaart maakt er geen melding van maar het blijkt dat er in Engreux een camping is.  Bezoek de bivakzone bij Engreux die er mogelijk nog troostelozer uitziet dan de vorige.
Het zicht op de vallei van de Ourthe, daar is niets mis mee maar omdat de helling is afgegraven sta je hier op een lelijke rotsige kale ondergrond. Ik merk ook dat er afval is achtergelaten.
Daal verder af naar de Ourthe en bij de dam met vistrap loop ik naar de overkant.
Er hangt wat mist in de lucht. Buiten de kwetterende vogels is het muisstil.

Wat ben ik blij dat ik toch heb doorgezet. Ik zit nu echt in mijn ritme. Afwisselend momenten dat ik, meestal in de klim heel stevig doorga dat alleen het lijf wordt gevoeld en het geluid van blazen en puffen de ruimte rond de oren vult.
Dan worden de benen losgekoppeld van de beleving en kan ik opgaan in de omgeving terwijl ik toch een stevig tempo kan maken. Het terrein is nergens moeilijk geweest.
Op dit laatste stuk tot La Roche en Ardenne waren het authentiek dorpje Ollomont, de Keltische site le Cheslé mijn hoogtepunten.
Gegeven dat ik de sporen van hun karren  kon terug vinden in de rotsbodem richting Bérismenil vond ik toch wel bijzonder.
Na het open landschap bij Bérismenil  kwam ik bij een volgend Monument  uit de oorlog met het verhaal hoe het met de bemanning is vergaan.

Bij de parapente opstijgplaats iets verderop is er ook een vlakke plek voor tal van tenten.
Het dorpje Maboge kwam in beeld.
Tegen 13u kwam ik aan in La Roche.
Helaas kwam ik door een gemiste busverbinding toch nog maar pas rond 21u aan in Antwerpen.
Ik kijk terug op een tochtje die ik nog een tijdje kan koesteren.
Drie dagen lopen, kort tegen en soms over de eigen grens waarbij ik binnen een beperkte tijd een heel gevarieerd landschap op het netvlies geprojecteerd kreeg,

Reacties

  1. Dag Ivo,

    via hiking-advisor je blog gevonden. Leuk om dit verslag (en andere) te lezen. Hierdoor krijg ik ook zin om deze in het najaar eens te lopen. Ik ga er dan wel 4 of 5 dagen voor uittrekken. Het stuk tussen La Roche en Berismenil heb ik al ooit gewandeld en dat vond ik echt prachtig.
    Mag ik vragen waarom je zo'n dit in slechts 3 dagen gedaan hebt? Want het zijn toch behoorlijk wat hoogtemeters?

    mvg Geert V

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Tja, Geert, waarom doet een mens dat?
      Enerzijds probeerde ik de tijd voor de verkenning (in functie van begeleiding voor HA) zo kort mogelijk te houden en anderzijds wilde ik er toch wat uitdaging in steken. Als test voor de eigen fysieke paraatheid (psychologisch zal "de vrees voor de oude dag" ook wel meespelen) maar ook omdat dit soort "speed hiking" meer wordt gedaan (en misschien komende jaar als activiteit kan worden aangeboden op een verlengd weekend). Ik ga hem zeker ook nog eens lopen in de winter.

      Verwijderen

Een reactie posten

Populaire posts